Claude Viallat
CLAUDE VIALLAT
Geboren in 1936. Woont en werkt in Nîmes.
Zonder naam nr. 293, 1990
Acryl op assemblage van dekzeilen met riemen, 120 × 886 cm
Zonder naam nr. 80 (diptiek), 2021
Acryl op assemblage van stof, 269 × 125 cm
Zonder naam nr. 200, 2019
Acryl, notenbeits en laken, 278 × 211 cm
Zonder naam nr. 135, 2016
Acryl op rood gordijn, 241 × 132 cm
Courtesy of the artist and Templon, Paris – Brussels – New York
Claude Viallat, boegbeeld en stichtend lid van de avant-gardegroep Supports/Surfaces in de jaren 1970, verkent al 50 jaar de grenzen van de abstracte schilderkunst. Zijn ‘vorm’ – een motief dat op een beentje lijkt – keert terug op veel verschillende stoffen of dekzeilen, die vrij zijn opgehangen in de ruimte.
Zo begint hij te werken op industriële dekzeilen, zonder frames, waarop hij dezelfde abstracte vorm tot in het oneindige herhaalt. Hij komt overeen met de definitie van kunst die hij zichzelf als uitgangspunt gaf: het met regelmatige tussenpozen afdrukken van één monochrome vorm, die veel commentators een ‘boon’ noemen, terwijl hij voor de kunstenaar zelf geen naam of betekenis heeft. Integendeel. Want deze vorm is het resultaat van een ongeluk, een vlek die verscheen op een stof die in een bad met bleekmiddel was ondergedompeld.
In plaats van steeds weer te worden herhaald, is de vorm in bepaalde werken overdreven ‘verdund’ tot grote vlekken in samengevloeide kleuren. Hij heeft soms een druppend tracé en doet eerder denken aan kalligrafie.
Het gebruik van bonte stoffen geeft hem de kans om nieuwe kleuren te introduceren. Bij Viallat komt het palet altijd vanzelf tot stand: “Ik ben een instrument”, legt hij uit. “Het werk leidt een eigen leven. Ik hou me niet bezig met het resultaat.”
Zoals altijd bij de kunstenaar is de opstelling van zijn werk bijna een werk op zich. Voor deze tentoonstelling koos hij voor een grote installatie die speelt met verrassende prints en texturen die in dialoog gaan met de grote bibliotheek.
In een werk uit 1976, Fragments, schrijft de kunstenaar hierover: “Het begrip reeks of herhaling wordt een feitelijke noodzaak. […] Een doek – stuk – op zich is niets. Het is het proces – systeem – dat telt.”
Al mijn doeken zijn als een fragment van iets dat zich voortzet. Het is een beetje alsof er maar één reusachtig en ideaal doek is en ik daarin snijd.
Claude Viallat